Ketelhuis Ceres

Op razendknappe, ingetogen, intelligente en uiterst effectieve wijze heeft diederendirrix architecten het afgedankte Ketelhuis Ceres opnieuw tot leven gebracht. De jury is buitengewoon onder de indruk van het feit dat de herontwikkeling van machinegebouw naar aangename, lichte werkruimte voor mensen onbetwist een krachttoer is geweest, terwijl van die krachttoer nauwelijks iets is te merken. Volkomen vanzelfsprekend en ontspannen voegt de nieuwe functie – kantoren en onderwijsruimte voor het universitaire topinstituut ICMS – zich in het oude gebouw. Architectuur gaat niet alleen over maken. Ook niet-maken is een teken van grootsheid. Het welslagen van de transformatie is in eerste instantie te danken aan een enkele messcherpe, rigoureuze ingreep. Waar eens een gesloten baksteengevel het aanzicht bepaalde, zit nu een donkere, glazen klimaatgevel. Die zorgt ervoor dat het oorspronkelijke karakter gehandhaafd blijft, terwijl tegelijk een innovatieve uitstraling is ontstaan. De donkere buitenkant gaat gepaard met grote transparantie in het gebouw. Binnen is met uiterste precisie en groot respect voor de oorspronkelijke staalconstructie, de bestaande ruimtelijkheid en het TU-kleurenpalet, een nieuwe verdieping ingebouwd. Het noodzakelijke bouwfysische pakket is met veel creativiteit onzichtbaar weggewerkt in wanden en vloeren. Met hun ingreep hebben de architecten op hun karakteristieke, bescheiden wijze de schoonheid van het bestaande blootgelegd. Door aan te haken bij het bestaande, verhoogde loopbrugstelsel en de hoofdingang te verplaatsen, is het ketelhuis weer vanzelfsprekend onderdeel van de campus. Dit is niet alleen de ultieme inpassing, maar ook een statement hoe om te gaan met bestaand, cultureel erfgoed. Daarbij verdient ook de opdrachtgever, de Dienst Huisvesting van de TU Eindhoven, een pluim.